LEEUWARDEN – De waterschapsheffingen voor burgers met een meerpersoonshuishouden en een koopwoning zijn het hoogst in Fryslân. Dat blijkt uit CBS-cijfers die woensdag gepubliceerd zijn.
Het CBS vergeleek de heffingen in alle 21 waterschappen voor een huis met de landelijk gemiddelde WOZ-waarde (de WOZ-waarde is medebepalend voor de hoogte van de heffing).
In het werkgebied van Wetterskip Fryslân betaalt een gezin met zo’n koopwoning in 2025 679 euro. In Waterschap De Dommel is dat 370 euro. Een eenpersoonshuishouden met dezelfde WOZ-waarde betaalt in deze waterschappen 474 respectievelijk 206 euro.
Zowel de tariefstijging (bepaald door het algemeen bestuur van het waterschap) als de stijging van de WOZ-waarde (bepaald door de gemeente) zorgen voor de verhoging van de waterschapslasten.
Alle 21 waterschappen samen heffen dit jaar 4,3 miljard euro bij hun burgers, boeren, natuurbeheerders en bedrijven. Dat is een stijging van 8 procent ten opzicht van 2024. De heffingen zijn gemiddeld in vijf jaar met 41 procent toegenomen.
Een gemiddeld boerenbedrijf (met een WOZ-waarde van de opstallen van 550.000 euro, drie vervuilingseenheden en vijftig hectare grond) betaalt in Fryslân ruim 6200 euro waterschapsheffing per jaar. Daarmee heeft Wetterskip Fryslân een plek in de middenmoot. In Hoogheemraadschap Delfland (het kassengebied in Zuid-Holland) betalen boeren 10.400 euro, en in Vechtstromen (Twente) 4000 euro.
230 miljoen euro
Wetterskip Fryslân int dit jaar 230 miljoen euro bij burgers, boeren, bedrijven en natuurbeheerders, gemiddeld 4,5 procent meer dan in 2024. Het waterschapsbestuur waarschuwde dat het eind van de jaarlijkse verhogingen niet in zicht is.
Deze maand krijgt het algemeen bestuur inzicht in flinke kostenposten die de komende jaren staan te wachten en waar nog geen prijskaartje aan was gehangen. Dat gaat over de vervanging van onder meer waterwerken, zoals gemalen, stuwen en pompen. Die zijn veelal tientallen jaren oud. Ook de waterzuivering wordt steeds complexer en duurder.
En dan lopen er nog ontwikkelingen waar het waterschap niet als enige overheid bij betrokken is, zoals de versterking van de zeedijken (waarvoor het rijk (nog) geen geld heeft vrijgespeeld) en de herinrichting voor het platteland (waarvan de financiering door het kabinet is stopgezet).
<FD.05.03.2025>
